top of page
  • Facebook
  • Instagram
Detail toog met inscriptie 'ANNO 1887'

GESCHIEDENIS

​

In 1883 kreeg Theoduul Polfliet van het Ministerie van Openbare Werken de toelating om een vervoersdienst op te starten tussen Wetteren en Gent (via Laarne en Heusden). Hij kocht een onbebouwd perceel aan het Stationsplein om er een "hotel" op te richten. Circa 1887 werd dit gebouw, ontworpen door Camiel Raes-Maenhout opgeleverd. 

​

Theoduul Polfliet beoogde een combinatie van koets- en koeriersdienst met huurhouderij, restaurant en hotel waarvoor op de bovenverdieping 14 kamers voor de hotelfunctie werden voorzien. Na de uitbreiding (rond de eeuwwisseling) van de tramlijn Gent-Wetteren-Hamme tot het station van Wetteren, verminderde of stopte Polfliet de koets- en koerierdiensten. Naar verluidt werd later een tramstatie aan het "Posthotel" toegevoegd. 

​

Polfliet kocht in 1903 het aanpalende burgerhuis en nam er zijn intrek. Wellicht betrok zijn zoon Charles daarna het "Posthotel". Na het overlijden van Theoduul Polfliet in 1919 zette zijn zoon Charles het café en de "huurhouderij" verder. Het aantal overnachtingen nam echter geleidelijk af. Later beperkte Charles zijn activiteiten tot taxidienst en verhuurde hij het café aan herbergiers. Het "Posthotel" bleef in het bezit van de familie Polfliet tot 1980. 

 

In 1981 werd het echter onteigend ten voordele van de toenmalige RTT. Het café werd uitgebaat tot in 1996. Na een periode van leegstand werd het opnieuw verkocht en gerestaureerd en als café uitgebaat. De restauraties van het café werden in opdracht van de vorige eigenaren Paul De Moor en Hilde Van der Sypt door Sander Blondeel (glas in lood) en Guy Vandeplassche (wandschilderingen) in eigen beheer uitgevoerd.

 

Het café werd in 2018 overgenomen door dochter Jana en zoon Kasper De Moor.

BESCHERMD MONUMENT

​

Naar aanleiding van de honderdste verjaardag (1887-1987) werd het Posthotel beschermd als monument. 

 

"Bij Ministerieel Besluit van 1 augustus 1986 werden het gelijkvloerse interieur van het voormalige café-hotel genaamd "Posthotel" als monument en de bovenverdieping, exterieurs, bijgebouwen en volledige perceel als dorpsgezicht beschermd, uitbreiding van de bestaande bescherming van het dorpsgezicht tot monument bij Ministerieel Besluit van 3 juni 2005."

​

Het interieur van de rechthoekige 'gelagzaal' is zonder twijfel de absolute blikvanger. Het eiken houtsnijwerk van de zitbanken, de lambrisering en in het bijzonder de versierde toog zijn vervaardigd in Neo-Renaissancestijl door het atelier van Séraphin(e) De Maertelaere. 

De wanden werden in +-1890 bekleed met olieschilderijen op doek van Louwie Duponc(h)eel. Naar verluidt kon deze Gentse circusclown, die 's winters werkloos was, zijn aangedikte 'poef' niet aflossen. Hierdoor werd hij genoodzaakt zijn schildertalent te gebruiken. Taferelen 'De Strijd tussen Vasten en Vastenavond' (Pieter Brueghel De Oude) vormden hiervoor de basis.

​

De spreuken boven en onder de schilderijen refereren naar het caféleven."Dansen Springhen Is Het Leven = Wat Kan Een Kermis Beter Geven","By Out En Jongh By Grijs En Jeught Wekt' T Vlaemsche Bier De Gulste Vreught" 

Een leuke reminder voor wie achter de toog werkt is deze spreuk: "Als De Dranck Is In Den Man Is De Weysheyt In De Kan." Ten slotte hangt de belangrijkste boodschap boven de deur naar de 'koer': "Weet Ghy Wat Er Hier Boven Staet = Betalen Vooraleer Ghy de Deur Uytgaet"

​

De beschermde voorgevel wordt binnenkort met de steun van de dienst Erfgoed gerestaureerd.

Detail lambrisering atelier Seraphin(e) De Maertelaere
bottom of page